voor 4 pers.
1½ kilo winterwortelen
1½ kilo aardappelen
300 gr uien
500 gr vet klapstuk of
400 gr mager klapstuk
¾ l water
15 gr zout
|
Bereiding.
Wasch het vleesch, zet het op met het kokende water en het zout en laat het daarin 2½ uur zeer zacht koken.
Schil terwijl de wortelen, snipper ze, wasch ze en voeg ze na 2½ uur bij het kokende vleesch;
doe er na ½ uur de geschilde gewasschen (in vieren en gesneden) aardappelen bij en de gesnipperde uien.
Laat alles samen verder gaar worden (nog ong. ½ uur)en vul de hoeveelheid water bij,
wanneer de pan droog zou koken, echter zóó, dat van het vocht later niets weggedaan
behoeft te worden.
Neem vervolgens het vleesch uit de pan en roer het overige los dooreen met en houten lepel, zoodat stukjes aardappel zichtbaar blijven.
Tip: Men kan het klapstuk, dat tot de meest taaie stukken rundvleesch behoort,
ook vervangen door een even grootte hoeveelheid runderpoulet.
De kooktijd van het vleesch kan wel met 1 uur verminderd worden.
|
